N.a.v. het artikel “Bemiddeling echtscheiding voorkwam voortijdig einde van de onderneming” dd. 11/11/2014 werden me 11 mails gezonden door bedrijfsleiders. Opmerkelijk is dat alle mails droeve verhalen betreffen omdat de scheiding leidde tot de ‘vernietiging’ van het bedrijf. De ondertoon in de mails is bitter. “Het had zo anders gekund als we samen maar tot overeenstemming hadden kunnen komen in een bemiddeling, er waren immers mogelijkheden. Maar zo nodig moest de laatste eurocent op tafel komen, of dat nu tot de ondergang van het bedrijf leidde of niet, het deed er niet toe. En de advocaat van mijn partner heeft hierin een smerige rol gespeeld”, vertelt een ondernemer in een mail.
Een andere ondernemer vertelt dat de uitkoopvergoeding die moest betaald worden aan de echtgenoot, een strop om de hals was. Immers de onderneming werd gewaardeerd zonder rekening te houden met de eerder sombere toekomstverwachtingen voor het bedrijf, de extra investeringen die nodig waren om de productie op peil te houden en meer kostenefficiënt te produceren. “Zo werd ik veroordeeld tot een veel te hoge vergoeding. Ik ben het nooit te boven gekomen en heb enkele jaren later de activiteiten noodgedwongen moeten stop zetten. En dat was de tweede strop rond mijn hals.”
Twee verhalen die ik uit de reacties selecteerde en die zonder meer pleiten voor een bemiddelde oplossing i.p.v. een vechtscheiding op het scherp van de snede.